Subtiel Textiel – nabeschouwing

Een tentoonstelling doet ook iets met de kunstenaar

De afbouw van een groepstentoonstelling verloopt altijd heel vlot. Meestal heerst er een stilte, waarvan je niet weet of het de vermoeidheid van de afgelopen expodagen is die doorweegt of er toch een klein verdriet is dat het weer voorbij is. De lege ruimte lijkt maar al te graag alle herinneringen op te slokken. Eventueel nog wat gaatjes opvullen of de haken verwijderen en eens met de borstel vegen vooraleer de deur dicht gaat. Met uitzondering van wat foto’s op de socials en de vermelding van locatie en data op de eigen website blijft meestal niet veel over. Een publicatie of boek is niet voor iedereen weggelegd.

Waar de bezoeker van een groepstentoonstelling meestal niet bij stilstaat is het vele werk dat voorafging. Niet alleen de keuze van het thema en de kunstenaars, de praktische regelingen of de communicatie in de aanloop tot de tentoonstelling maar vooral het proces van de opbouw zelf. Nochtans is die fase cruciaal, zowel voor het eindresultaat – wat de bezoeker te zien krijgt -, maar evenzeer voor de kunstenaars. Laten we daar even vanuit een concrete case op inzoomen.

Maar eerst nog deze vaststelling. Niet alle kunstenaars zijn gewoon om samen te werken met andere kunstenaars. In sommige gevallen is het makkelijk. Elke kunstenaar krijgt enkele lopende meter muur en kan zijn eigen ding doen. Of een curator ontfermt zich over de werken en gaat eigenhandig aan de slag om een coherente invulling te geven aan de ruimte. In het eerste scenario wordt hard gehoopt dat het wel goed komt, in het tweede kan je als kunstenaar moeten vaststellen dat de curator vooral een eigen gesamtkunstwerk wou maken, maar niet noodzakelijk veel oog had voor de samenstellende delen. Voor alle duidelijkheid, beide manieren van doen zijn zeker niet laakbaar, en voor sommige kunstenaars zal de ontzorging door de organisatie meer dan welkom zijn. Maar ergens lijkt het ook een gemiste kans om de kunstenaars niet méér aan het stuur te zetten.

Naar aanleiding van de tentoonstelling Subtiel Textiel* werden de kunstenaars, Anne-Marie Dhaluin, Lieve Vanmaele en Bruno Mertens, gevraagd even te reflecteren over dat proces en in het bijzonder hoe ze de interactie met mekaar hebben ervaren tijdens de opbouw. De kunstenaars kenden elkaar nog niet, maar voorafgaand was er wel een kennismakingsmoment.

Anne-Marie Dhaluin: “Bij de kennismaking met de andere kunstenaars was er voor mij direct een klik en een goed gevoel. Door onze verscheidenheid van kunst maken en kunstwerken was ik zeer getriggerd om meer te weten over hun werk en zo ook over de kunstenaar zelf. De verhalen van de kunstenaars hebben me vooral doen nadenken over wat mijn werk voor mij betekent, hoe ik er toe kom en wat het met me doet.”

Bruno Mertens: “De interactie met de andere kunstenaars heb ik als een verrijking ervaren, alsof je samen in een bootje, ook samen de koers moet bepalen. Dat vergt afstemming en dialoog en ik vond dat we daar goed in geslaagd zijn. Sowieso interessant om de persoon achter het werk te leren kennen en ook om jezelf in die interactie van opbouw te ervaren. Het is een verhaal van in je kracht kunnen en durven staan en tegelijk toch openstaan voor andere ideeën. Want hoever ga je mee in de beïnvloeding van de ander zonder jezelf te verliezen en hoever ga je in het sturende (je mening zeggen) zonder te forceren. Vertrouwen en open communicatie zijn daarbij de sleutels en dat zat al vrij snel goed bij ons maar ik kan me voorstellen dat het niet altijd het geval is.” 

Voor Lieve Vanmaele, die een in situ installatie bouwde, speelde ook de ruimte een belangrijke rol: “Wat is ruimte en wat doe je daar als mens mee? Wat is ruimte en wat doe je daar als kunstenaar mee? Deze twee perspectieflijnen vinden elkaar als vanzelf in het oogpunt op de horizon. Het is navigeren, oriënteren, afstemmen en beslissen. Dat het ‘de blik’ verruimt is evident. Zowel als kijker, bezoeker, luisteraar, kunstenaar, organisator, belever. Het samenkomen van verschillende perspectieflijnen was dan ook bijzonder en bijzonder interessant. Het is uit de comfortzone van het atelier treden om het landschap te ontvouwen van al dan niet directe ‘vertellingen’. Verschillende talen, beeldtalen met een gemeenschappelijke textiele sprankel. Warm, hartelijk, stevig, herinnerend, subtiel bevragend alsook ontroerend. Zolang we vragen stellen aan onszelf, collega kunstenaar en bezoeker zijn we vrij. Die vrijheid mogen uitbouwen tot een expositie is één van de heerlijkste maar ook moedigste acties.”

De openheid om samen aan de tentoonstelling te bouwen heeft ook bijgedragen aan de persoonlijke ontwikkeling van de kunstenaars.

Bruno Mertens: “Ik ben niet anders gaan denken over mijn werk, maar heb nieuwe inzichten gekregen over de manier van opstellen en over sommige beslissingen sta ik nog en andere zou ik toch anders gedaan hebben, maar dat is ook leren. Het gemengde van de opstelling ervaarde ik in de meeste gevallen echt als een versterking/versmelting waarbij het zelfs niet goed meer te zien was van wie welk werk afkomstig was. Sterk!”

Anne-Marie Dhaluin: “Door deze expo ben ik meer gaan kijken naar de essentie van mijn werk. De benaming ‘subtiel’ textiel is heel toepasselijk voor mij omdat ‘gevoeligheid’ wordt benadrukt. Dagelijks voelen we dat in de stof rond ons lichaam en staan er niet bij stil. Het geeft ons warmte, bescherming, koelte, maar ook de verwevenheid en verbondenheid zijn zaken die ik als heel belangrijk ervaar in mijn werk en in mijn leven.”

Tot slot nog een quote die Lieve Vanmaele in haar reflectie meegaf en die zeker van toepassing is voor de tentoonstelling als totaalproject: ”Het kunstwerk ademt in mijn bestaan. In mijn dagelijks bestaan. Het is niet iets wat zich in quarantaine bevindt, waar ik het achter glas af en toe mag zien. Het is niets bijzonders en het is buitengewoon. Ik kan ernaar zitten kijken als naar mijn kinderen of de berk in de tuin. Net als de berk en het kind bevindt het kunstwerk zich allang niet meer buiten mij, maar binnen mij. Daar, te midden van duizend andere dingen, verdeeld over ratio, gevoel en geheugen, bepaalt het mij. (Bernard Dewulf in Tuimelingen)”

* Subtiel Textiel (september 2024 in deWeverij – www.deweverij.be/subtieltextiel)

(Marc Mestdagh, 19/9/2024)

Dit artikel verscheen ook in The Art Couch (website/newsletter)- 22/9/2024.